Blogarchief

woensdag 12 oktober 2011

Merkkleding...



Merkkleding…

Een mevrouw van de begeleiding schuift zijn rolstoel aan tafel, zet zijn voeten goed op de beugels, kijkt naar zijn sokken, 'zo Ome Gerrit… voor straks eet smakelijk.' Vervolgens neemt ze snel de kuierlatten. Jaloers kijkt hij haar na, dat zou hij ook wel willen... de kuierlatten nemen. In plaats daarvan maakt hij het zich maar gemakkelijk. Veel anders zit er ook niet op als je nergens meer naar toe kan. Hij kijkt eens rustig om zich heen om de tijd te doden. Iemand heeft ooit geprobeerd de eetzaal iets zonnigs te geven door de muren geel te laten schilderen. Iets wat de penetrante urinelucht- die overigens in het hele gebouw hangt - alleen nog maar versterkt. Het is benauwd omdat de fantasieloze rolgordijnen de ventilatiegaten boven de ramen afsluiten. De houten vloer is net zo kaal als de tafels en stoelen. Schuin voor hem zitten twee dames –ook in rolstoel- zwijgend tegenover elkaar. Een van de dames moet vroeger een schoonheid zijn geweest… ze is het ondanks haar hoge leeftijd eigenlijk nog steeds. Wanneer ze zijn richting uitkijkt knipoogt hij even naar haar. Haar holle ogen staren hem niet begrijpend aan om vervolgens haar blik weer af te wenden. Als een vis op het droge hapt ze naar lucht. De andere dame vertrouwd hem toe dat ze vandaag alleen soep neemt omdat haar gebit is verdwenen.

Er loopt een mevrouw met een schort door de eetzaal.  Op elke tafel legt ze placemats,  loopt terug naar de keuken, komt terug en legt op elke tafel servetten, loopt weer terug naar de keuken voor de lepels, dan de vorken en dit gaat zo door tot en met de dessertlepels. Gerrit –want zo schijnt hij te heten volgens de stickers die aan zijn sokken zijn genaaid- slaat haar vol bewondering gade. Even later komt ze terug met een karretje waarop kannen met water staan. Gerrit –zo schijnt hij dus te heten - vraagt zich af waarom ze de hele bende niet in één keer op het karretje heeft gepleurd. Het had haar op zijn minst zes keer heen en weer lopen van en naar de eetzaal gescheeld. Misschien komt hij wel op deze gedachte omdat hij zelf slecht ter been is. Hij zou het haar willen zeggen, maar wie is hij –Gerrit dus volgens zijn sokken- Hij kijkt even naar zijn voeten, gestoken in oude versleten geblokte pantoffels. Ze moeten wel al erg oud zijn want de laatste drie jaar heeft hij geen poot meer kunnen verzetten. Zijn blik gaat omhoog naar zijn grijze sokken. Hij heeft die sokken nog nooit gezien. Gerrit… Gerrit…. Hij heeft ooit eens met ene Gerrit in de haven gewerkt , mooie tijd was dat. Hij glimlacht, sluit zijn ogen en ruikt weer de geur van de balen koffie en cacao die ze moesten lossen. Voor even vergeet hij de pislucht die zijn neusgaten vult, vanaf het moment dat hij hier binnenkwam.

'Wilt U nog iets drinken voor het eten?' ze kijkt in zijn kraag ... 'Ome Willem?'
Willem? Volgens zijn sokken heet hij Gerrit en Gerrit lust wel een borrel. De mevrouw met het schort komt terug met een glaasje en een fles. Niet het merk dat Gerrit altijd dronk. Maar ja, een kniesoor die hier nu nog op let en Gerrit is niet kieskeurig. De mevrouw heeft een gulle hand en Gerrit buigt voorover om even aan het overvolle glaasje te slurpen. 'Papa, ' een klein oud chinees vrouwtje wordt langs zijn tafeltje gereden. In het voorbijgaan knikt ze vriendelijk lachend naar hem. 'Papa Lekkel?' Volgens haar sokken heet ze Ting-Ting en haar Nederlandse woordenschat is beperkt tot papa, mama, dag en lekkel. Meer woorden heb je hier ook eigenlijk niet nodig. Gerrit knikt vriendelijk terug en neemt nog een slok van zijn borrel. In de hoek van het eetlokaal zit het heertje. Gerrit noemt hem zo omdat hij altijd zijn nette pak aanheeft. Het heertje kan nog wel lopen, maar moeilijk. Dit wordt mede veroorzaakt door de beugel om zijn  been. Gerrit kijkt er vol ontzag naar en dan naar de sticker op de sok van het heertje. "Henk" staat erop. Verrek, denkt Gerrit, hij heeft mijn sokken aan.

Er rolt een rollator de eetzaal binnen, gevolgd door een strompelende oude man, met in zijn kielzog  een jong stel. Ze nemen plaats, om elkaar vervolgens stilzwijgend aan te gaan zitten kijken. Gerrit is blij dat hij geen bezoek meer krijgt. Dat navelstaren lijkt hem erg vermoeiend. De soep wordt geserveerd en de schoonheid met de holle ogen schuin tegenover hem pakt traag de lepel om vervolgens bibberend en slurpend haar soep weg te werken, haar overbuurvrouw doet hartgrondig mee. Plotseling staat de man van de rollator op, hij wankelt even en klapt achterover met zijn hoofd tegen een plantenbak. Niemand schrikt, de oude dames slurpen luidruchtig verder. Het Chinese dametje lacht en knikt, 'papa?' Het stel dat bij de man aan tafel zit kijkt even verbaast naar de man die nu bewegingloos op de grond ligt. De vrouw gaat rustig verder met haar soep. Haar partner staat op en blijft besluiteloos naar de oude man op de grond kijken. Iemand van de begeleiding komt rustig aanlopen met een rolstoel, kijkt even in de kraag van de oude baas, 'zo ome Willem gaan we vallen?' Ze hijst de kreunende man in de stoel om hem vervolgens af te voeren. Het stel dat hem vergezelde loopt lijdzaam achter hen aan. De vrouw kijkt nog even teleurgesteld achterom, naar haar halfvolle kom soep.

En Gerrit? Gerrit kijkt nog eens naar de stickers op zijn grijze sokken. Gerrit...  géén idee wie dat is.

Copyright © Ingrid Punt Juli 2011

 

2 opmerkingen: