Blind vertrouwen…
Er staat een flinke rij voor de ijssalon bij de
sluizen in Muiden, alsof ze het vandaag voor
niets krijgen. Ach, het is eindelijk mooi weer. Na een lange, natte,
troosteloze zomer neemt menigeen de wachttijd voor lief. Ik maak het mezelf gemakkelijk op een terras
aan de overkant. Hier heb ik goed zicht, op zowel de ijssalon als op de
pleziervaartuigen die voor de sluis liggen. Het is druk, zowel op het water als
op de wal. Aan één van de tafeltjes voor de ijssalon, zit een klein jongetje
met grote blauwe pet en blonde krullen gulzig aan zijn ijsje te likken. Hij
geniet zichtbaar, wat op zich al een lust voor het oog is. Voor de ijssalon
stopt een tandem met een man en een vrouw. De vrouw zit stoer voorop. Ze
stappen af, en aan de oogopslag van de man te zien wordt al snel duidelijk dat
zijn zicht beperkt is… om niet te zeggen stekenblind.
Nadat de fiets veilig is gestald, pakt de vrouw de
hand van de man en fluistert hem iets in het oor. Na zijn instemmende knik sluit ze aan in de
rij. Hij maakt van de gelegenheid gebruik om met zijn handen de veren van het
voorste zadel te inspecteren. Hij streelt even liefdevol over het zadel wat net
nog bedekt werd door het achterwerk van de vrouw. Zolang de vrouw in de rij staat, neemt hij de geluiden die
vanaf het terras klinken in zich op. Het zadel blijft zijn houvast. Zijn vrouw
maakt een praatje met de dames die voor haar in de lange rij staan en dit
tovert een glimlach rond de mond van de blinde man.
Het scherpe zonlicht weerkaatst op mijn tafeltje en
ik sluit automatisch mijn ogen. Ik probeer me voor te stellen wat de blinde man
op dit moment zou kunnen ervaren. Flarden van gesprekken, gelach, een jengelend
kind, het klinken van glazen, het schuiven van een asbak over de houten tafel,
iemand roert in zijn kopje, een boer, glasgerinkel, gevloek, geschuif van
stoelen, geslurp,gesmak… Maar ik mis is
het gelukzalige gezicht van het jongetje met de blauwe pet. Snel open ik mijn
ogen, en ja hoor, hij zit er nog. Ik geniet net zolang met hem mee, tot het
laatste stukje van het ijshoorntje achter zijn kiezen is verdwenen. Hij springt
van zijn kruk, en aan de hand van zijn moeder en zusje verdwijnt hij uit mijn
gezichtsveld.
De blinde man staat nog steeds met zijn gezicht naar
de zon gekeerd. Maar zo, dat zijn gehoor de rij voor de ijssalon goed kan
volgen. Zijn vrouw die met twee ijsjes zijn kant oploopt heeft hij allang
‘gezien’ verteld de blik op zijn gezicht. Hij steekt zijn hand precies op het
juiste moment uit om het ijsje van zijn vrouw aan te pakken. Het genieten kan
beginnen.
Als de ijsjes na enkele gelukzalige momenten op zijn,
drukt de vrouw de man een servetje in zijn handen waarmee hij zijn mond
afveegt. Ze is behulpzaam, maar net voldoende om hem zijn gevoel van eigenwaarde
niet te ontnemen. Ze fluistert weer even in zijn oor, hij glimlacht en zijn
handen zoeken weer het zadel om vervolgens stevig het stuur te omvatten. Na de
aanwijzingen van de vrouw zetten ze gelijktijdig af en fietsen ze de straat
uit. Ik kijk ze nog even peinzend na.
Mocht je ooit een pestbui hebben, probeer dan eens
een ijssalon op te zoeken. Ga op zoek naar of een jongetje met een blauwe pet.
Of een blinde… geloof me, je bent de rest van de dag in een opperbeste
stemming. Zelden mensen zo zien genieten van een ijsje als op die dag.
© Copyright Ingrid Punt 2012
Geen opmerkingen:
Een reactie posten