Blogarchief

woensdag 2 november 2011

Fotoalbum...


Het is tien over elf, als hij de brede laan in rijdt en z'n bestelbus parkeert.
Bij welk huisnummer moest hij nu ook alweer precies zijn... hij pakt z'n agenda van het dashboard… nummer 84... ach, hij staat bijna recht voor de deur dus dat moet zo wel lukken.
Na z'n steekwagen uit de bus te hebben gehaald belt hij aan bij een statig herenhuis.

De deur wordt geopend door een slanke, bijna magere vrouw van middelbare leeftijd, haar dure mantelpakje en sieraden verraden dat ze niet onbemiddeld moet zijn, 'je bent laat' zegt ze ijzig, maar voordat hij enige uitleg kan geven, loopt ze al voor hem uit de hal in.

Het is een grote hoge en brede hal met een lichte marmeren vloer en houten lambrisering langs de wanden. Aan het einde van de hal, leidt een met rood tapijt beklede trap met zware houten leuningen naar de bovenverdieping. Halverwege de hal staat ze stil, en wijst nonchalant naar de deur links van haar. 'Daar is de kamer die leeg moet, en neem buiten de meubels, gordijnen en vloerbedekking alsjeblieft ook alle dozen, en tassen mee... ik blijf er niet bij staan... ik hoef het allemaal niet te zien... je roept me maar als je klaar bent.' Ze loopt snel door naar de eerstvolgende deur aan de rechterkant van de hal naar waarvan hij vermoeden heeft dat het de huiskamer moet zijn.

Verbaast staart hij haar na, 'wat een vreemd en kil mens,' hij krabt zich even achter z’n oor en opent de deur.
De kamer heeft een hoog plafond voorzien van ornamenten en lijsten, hier en daar is de verf er afgebladderd, langs de glas en lood ramen hangen zware donkerrode velours gordijnen die hun beste tijd hebben gehad
In één oogopslag ziet hij meestal wel wat problemen zou kunnen geven wat vervoer betreft... in het midden van de kamer staan enkele verhuisdozen opgestapeld, daarnaast grote plastic tassen en zelfs een paar koffers, dat is geen probleem, maar hij betwijfeld of hij de bruinleren fauteuil, het bureau en de antieke kast in één keer mee kan nemen.

Eerst die zware gordijnen er maar eens af halen, de kast uit elkaar halen loopt ook gesmeerd. Terwijl hij de leren fauteuil en onderdelen van de kast naar buiten brengt, staat de vreemde vrouw hem met de armen over elkaar bij de buitendeur op te wachten. Haar blik is grimmig.
'Zou je de boel alsjeblieft wel een beetje netjes willen behandelen?' Vraagt ze met een strak vertrokken gezicht, en haar blik belooft niet veel goeds... maar zonder zijn antwoord af te wachten loopt ze alweer richting huiskamer en trekt de deur achter zich dicht.

'Wat een ijskonijn... gewoon negeren, ik doe mijn werk en als ik een beetje opschiet en alles in één keer mee kan nemen hoef ik nadat de inboedel in de loods is afgeleverd nog maar naar één adres en dan kan mijn weekend beginnen. '

Één voor één brengt hij de tassen en koffers naar buiten, de zorgvuldig dichtgeplakte dozen volgen, De op één na laatste doos is loodzwaar en terwijl hij hem op z’n steekwagen probeert te tillen schiet de bodem los. Er rollen verscheidene bekers uit. Allemaal trofeeën... gewonnen met tenniswedstrijden.
'Waarom doet iemand zoiets in vredesnaam weg.?'
Hij schudt zijn hoofd en zet de bekers weer zorgvuldig in de doos. Het is niet aan hem om te bepalen wat er weg kan en wat niet. Gewoon m ’n werk doen besluit hij, maar z’n nieuwsgierigheid krijgt de overhand als hij ziet dat de laatste doos niet helemaal goed is dichtgeplakt.

Hij klapt de bovenkant een beetje open zodat de inhoud zichtbaar wordt.
Er liggen schoolschriften in, hij bladerd ze door, oude rapporten ... 'goede cijfers...' een stapel spannende jongensboeken, hij schuift de boeken een beetje opzij... voetbalschoenen, tennisballen en tennisrackets. Het was in ieder geval iemand die van sport hield.
Nog wat stripverhalen een paar gympen... maat 43, 'Ach, wat gaat het hem ook aan,' denkt hij terwijl hij de doos dichtklapt.
Nu de vloerbedekking nog even oprollen en in de bus proppen,
Zo, de klus is geklaard.

Hij klopt op de kamerdeur...'ben je eindelijk klaar?' Bijt ze hem op de inmiddels bekende manier toe, terwijl ze hem binnen laat. 'Ik pak even m ’n portemonnee' zucht ze nu vermoeid terwijl ze een haarlok uit haar gezicht veegt... haar hand trilt, ze is duidelijk niet op haar gemak. Terwijl ze naar de kast loopt hoort hij het geknetter van de open haard. Starend naar de smeulende haardblokken, realiseert hij zich dat dit letterlijk en figuurlijk het enige warme plekje in het hele huis moet zijn. Boven de open haard staan aan weerszijden van de schouw twee grote zilveren kandelaars en daar tussen in hangt een groot schilderij, voorstellende een jachttafereel, en stuk of wat honden en verschillende ruiters te paard, de slanke ruiter op het voorste paard lijkt een beetje op de dame die nu op zoek is naar haar portemonnee.

Onder het schilderij ziet hij een bronzen babyschoentje staan en zonder er bij na te denken pakt hij het op om het iets beter te kunnen bekijken. 'Dat was z’n eerste schoentje,' hoort hij een zachte vrouwenstem achter hem zeggen. Als hij zich langzaam omdraait kijkt hij in het gezicht van de vrouw die net nog tegen hem heeft staan snauwen. Haar blik is nu zacht en teder terwijl ze voorzichtig het schoentje uit z’n handen neemt, haar gezicht ontspant zich terwijl haar magere vingers het schoentje even strelen en het uiterst voorzichtig weer op de schouw zetten. De gloed van de open haard weerspiegeld op haar gezicht, en de kilte lijkt verdwenen.

Hij waagt het erop... 'Neemt U mij vooral niet kwalijk maar ik ben nu een paar uur bezig geweest om spullen uit een kamer weg te halen, zonder dat ik weet van wie ze zijn geweest, niet dat het mij verder iets aangaat stamelt hij... maar...'
Haar ogen worden vochtig en beginnen te glinsteren, haar mond begint te trillen om daarna te veranderen in een glimlach, even lijkt ze weer op de mooie vrouw die ze ooit geweest moet zijn. Ze loopt naar de kast en haalt er zonder dat ze er naar hoeft te zoeken een dik fotoalbum uit.

'Hier' zegt ze, terwijl ze het dikke album in z’n handen drukt, ze wijst naar de sofa die voor de open haard staat, 'neem vast plaats, dan zet ik even koffie.'


© Ingrid Punt 2010

Geen opmerkingen:

Een reactie posten