Blogarchief

zondag 20 november 2011

Verrassing...

De drukte op de weg valt hem tegen. Inmiddels is het al kwart over zes en bij het idee dat hij nog zo’n driehonderd kilometer te gaan heeft, trapt hij het gaspedaal nog maar ’s flink in. De lichten langs de weg worden gereflecteerd door het gladde wegdek en bij het schijnsel ziet hij het blauw fluwelen doosje op de stoel naast hem liggen. Eindelijk is hij weer eens thuis met kerst, ze hebben al zoveel kerstdagen niet samen doorgebracht, dat hij er dit keer niet onderuit kon, én wilde. Nooit heeft ze er iets over gezegd, maar haar teleurgestelde blikken zeiden hem genoeg. Volgend jaar schat, suste hij haar… en hoewel ze wist dat het de zoveelste loze belofte was, knikte ze altijd instemmend. Als hij het doosje open klikt en de ring hem toe glinstert, repeteert hij nogmaals hardop hoe hij haar zal vragen. Het wordt warmer in de auto en de loomte overvalt hem… nog maar even een tussenstop bij het eerstvolgende tankstation.

Kwart over acht … ze moest er maar eens uitgaan, de slaap kan ze toch niet meer vatten.. Het bed ziet eruit alsof er een oorlog heeft gewoed, de nalatenschap van een slapeloze nacht. Terwijl ze de douche vast aanzet, denkt ze aan de komende kerstdagen. Eindelijk weer een samen. De verrassing die hij voor haar schijnt te hebben benauwd haar enigszins, maar gelijktijdig kan ze het zich ook niet voorstellen… ze kennen elkaar al zo lang, hij heeft zich nooit écht willen settelen… ook niet met haar. En hoewel ze wist dat het voor z’n werk was heeft ze vaak gedacht dat hij de kerstdagen bewust elders doorbracht, "no strings attached." Haar sombere gedachten spoelen weg met het warme water en als herboren slaat ze even later een handdoek om zich heen, ze weet het zéker… dit wordt hun mooiste kerst ooit.

Na een kop koffie en een slap broodje kaas stapt hij weer achter het stuur.. nog even en dan zien ze elkaar weer na drie weken. Z’n werk is altijd alles voor hem geweest maar hij wordt er niet jonger op en het wordt nu wel eens tijd dat hij zich gaat binden, en dan het liefst met haar… het blauwe doosje voelt als een belofte voor toekomstig geluk. Het begint te sneeuwen en het zicht wordt er niet beter op, maar de koplampen van z’n tegenliggers houden hem alert. Nog even doorjakkeren, en hij geeft nog maar eens een flinke dot gas.

Een dikke trui en jeans lijken haar geen overbodige luxe als ze met afgrijzen naar de neerdwarrelende sneeuw kijkt. Dat wordt lopen, want het zal wel spekglad zijn. Ze wil nog het één en ander voor vanavond in huis halen, een fles champagne zal ze voor de zekerheid ook maar meenemen denkt ze lachend. Ach… als haar verwachting niet wordt vervuld komt die fles een andere keer wel leeg. Ze pakt een flinke boodschappentas, en slaat de capuchon van haar donkere parka over haar hoofd.

In de stad zijn de straten zo mogelijk nog gladder dan op de snelweg en hij moet echt moeite doen om de auto in bedwang te houden. Nog maar een paar straten en dan is hij bij haar huis, hij ziet haar stralende gezicht al voor zich wanneer hij haar de ring om haar vinger schuift. Als hij eindelijk de straat indraait verliest hij de macht over het stuur en slipt eerst naar links, ketst tegen de stoeprand waarop hij met een flinke vaart op de rechterstoeprand af schiet. Vanuit z’n ooghoek ziet hij een schim uit het niets opdoemen en de klap die volgt beneemt hem de adem voor het zwart wordt voor z’n ogen.

Ze trekt de deur achter zich dicht en lacht naar een buurvrouw. Gaat U nog iets leuks doen met de kerst? Elk jaar dezelfde vraag waarop ook elk jaar hetzelfde antwoord volgt. “ Ik heb de boom al staan, en de kinderen komen allemaal eten, gezellig…” Ze kan het antwoord dromen. De buurvrouw klopt haar wollen muts uit, stampt de sneeuw van haar laarzen en waarschuwt haar dat het behoorlijk glad is, voordat ze naar binnen stapt. Inderdaad... het is nog gladder dan ze dacht en ze glibbert over de stoep, als ze haar capuchon iets omhoog trekt ziet ze in een flits een paar koplampen op zich afkomen, er is geen ontkomen meer aan. De motorkap geeft niet mee, en als een lappen pop schiet ze door de lucht waarna ze met haar hoofd tegen de stoeprand slaat. Als ze later hevig bloedend op straat ligt ziet ze met haar laatste heldere blik een ring over de stoep rollen, het glinsteren van het diamantje is het laatste dat ze zal zien.

Als het licht in haar ogen dooft weet ze dat de champagne niet voor niets zou zijn geweest.

Copyright © Ingrid Punt 2010

Geen opmerkingen:

Een reactie posten