Blogarchief

zaterdag 5 november 2011

Burgerlijke ongehoorzaamheid...


Op een druilerige zondagmiddag besluit ik even richting binnenstad te lopen, want ja... wat doe je anders op een druilerige zondagmiddag.

Terwijl ik zo’n beetje langs de grachten loop te slenteren vallen me opeens de dranghekken op die op sommige plekken langs de weg staan.
Nu is dat niet zo bijzonder in Amsterdam, want er staan regelmatig wel érgens dranghekken… en niemand die zich nog verdiept in het hoe en waarom.

Ik bedoel maar, in Amsterdam is altijd wel wat te doen... stoplicht rood, stoplicht groen.
Normaal gesproken heb ik er dus ook totaal geen moeite mee, houd ik me netjes aan de regels en heb ik alle begrip voor alle aangekondigde en spontane festiviteiten ware het niet dat ik nu dus nét wilde oversteken want ik moest dus aan de andere kant van de straat zijn.

En ja hoor, na een minuutje of tien zag ik een opening waar diverse mensen doorheen liepen... let wel... zonder problemen. Dus ik sluit heel naïef achter in de rij aan... ‘kijk eerst netjes naar links, dan netjes naar rechts en dan weer keurig naar links... er komt niets aan ’ dus er achteraan hobbelen maar.

FOUT!!!
Nooit doen... eerst nog even stiekem achterom kijken of er geen vrouwelijke agente in de buurt is, die zijn me toch een partij fanatiek, vooral als ze nog in opleiding zijn. Het lijkt wel of ze nog duidelijk moeten maken dat ze ook hun mannetje staan.
Nét op het moment dat ik de overkant heb bereikt word ik ruw bij m’n schouder gegrepen.
Dus niet zachtzinnig... nee het leek wel een bankschroef waar ik in was beland.

"Waar gaan wij naar toe?"
"Auw... nou waar jij naar toe gaat, geen idee... maar ik wilde graag naar deze kant van de weg ",
‘Fout geantwoord’

"Dat gaat dus niet gebeuren!"
"Nee, hoezo?"
"Je hebt de dranghekken toch wel gezien... die staan er niet voor niets."
"Volgens mij staan ze open, en liep er net een hele kudde doorheen... maar vertel," zeg ik terwijl de bankschroef om mijn schouder steeds strakker wordt aangedraaid,
'deze greep heeft ze waarschijnlijk nét geleerd, en dat zal ik weten ook.'
"Je ziet toch wel dat er hier een Marathon aan de gang is?"

In geen velden of wegen een fietser, loper, zwemmer of triatleet te bekennen, dus ik zeg met
een onschuldig gezicht... waar dan... ik zie niets. En dat had ik nu nét niet moeten zeggen, want de bankschroef sleurt me nu van de ene kant van de weg tot aan de andere kant van de weg en in een flits zie ik nu de lopers de hoek omkomen.
Beter gezegd, ik was al hoog en breed veilig aan de overkant zonder dat er nog maar één loper te zien was maar door de onbesuisde agressie van de bankschroef, liepen zowel de lopers als ik nu gevaar.
Met veel pijn en moeite weet ik m’n gehavende schouder uit haar klauwen te wringen en nadat ik hem weer in de kom heb weten te klikken kan ik nog net opzij springen terwijl de horde langs me heen schiet.

Inmiddels is er nog een kordate tante agent 'formaat klerenkast' bijgekomen die het nodig lijkt om haar collega assistentie te verlenen, ik heb tenslotte nog een schouder.
Met z’n tweeën geven ze me de wind van voren, opzij,
'en van achteren trouwens ook.'

Ik laat het gelaten over me heen komen, verdedigen tegenover twee van die opgefokte uniformen lijkt me op dat moment volkomen zinloos.
Prima... fout is fout, maar om nu meteen een schouder tot pulp te knijpen...
Zodra de geiten uitgemekkerd zijn en alweer druk met andere 'belangrijke' zaken, loop ik dóór de nog steeds geopende dranghekken richting overkant.
Geen haan die er nog naar kraait.
Die schouder heeft me nog wekenlang herinnerd aan mijn burgerlijke ongehoorzaamheid.

En dranghekken... ik kan ze niet meer zien, politieagente’s in opleiding trouwens ook niet!


© Ingrid Punt 2010

Geen opmerkingen:

Een reactie posten